5 tips om het makkelijker te maken!
In maar liefst 76 landen rijden ze links. Dat kan best even lastig zijn. De versnellingspook met je linkerhand bedienen, borden lezen aan de linkerkant van de weg en dan nog de neiging hebben om aan jouw ‘vertrouwde’ kant van de weg te rijden. Zonder dat je er erg in hebt kan je aan de verkeerde kant belanden. Met deze tips maak je het jezelf wat makkelijker.
1. Huur een automaat.
Dan heb je geen gedoe met schakelen en kun je je volledig concentreren op de weg. Iets duurder, maar je rijdt een stuk relaxter.
2. Plan van tevoren wat je route wordt.
Die geeft vaak aan in welke richting je een rotonde moet nemen. Handig!
3. Probeer zoveel mogelijk achter andere auto’s aan te rijden
Want de lokale bevolking rijdt in ieder geval aan de juiste kant van de weg. Ga dus met de verkeersstroom mee.
4. Let tijdens het rijden goed op de verkeersborden en stoplichten.
Deze staan uiteraard aan de linkerkant van de weg.
Als je de achterkant van een bord of een stoplicht ziet, weet je dat je fout zit! Let vooral goed op bij het nemen van een rotonde, het wegrijden bij een benzinestation of het uitwijken voor een tegenligger. Op stille wegen zonder verkeer kun je ongemerkt opeens aan de rechterkant gaan rijden, blijf hier extra alert op!
5. Laat iemand meebemoeien
Meestal superirritant, iemand die naast je zit en zich bemoeit met je rijstijl. Maar in een linksrijdend land moet je dit juist wel willen. Vraag je reispartner om alert te blijven en je te corrigeren als je op de verkeerde weghelft dreigt te komen. Ook weleens leuk dat dat mag, toch?